McKenzie therapie

De McKenziemethode is ontstaan in 1956 in Nieuw Zeeland. Een fysiotherapeut, dhr. Robin McKenzie, naar wie deze methode dus is genoemd, deed in dat jaar een opmerkelijke klinische observatie bij één van zijn rugpijnpatiënten. Hij werkte dit gegeven uit en er ontstond een ‘mechanische diagnose en therapie’. Mechanisch wil zeggen dat symptomen, bijvoorbeeld ‘pijn’, reageren op statische en dynamische belastingsstrategieën. Anders gezegd: bepaalde houdingen en bewegingen hebben invloed op de pijn. De pijn neemt toe of vermindert juist. En op basis van dit gedrag van symptomen komt McKenzie tot een Mechanische Diagnose.

In eerste instantie was de McKenzie-methode bedoeld voor mensen met nek- of rugklachten. De behandeling, de Mechanische Therapie, bestaat eenvoudig gezegd uit het oefenen in de juiste richting. Dit is dus de richting die de pijnklachten doet verminderen of verdwijnen. Het effect is vaak direct na de oefeningen merkbaar. Het is een zelfbehandelingsmethode. Ook typisch McKenzie is de preventie. Als een nieuwe rugpijnepisode zich bijvoorbeeld aandient, weet men precies wat gedaan moeten worden om verergering te voorkomen en welke oefeningen uitgevoerd moeten worden om zichzelf te behandelen, zodat in dit geval de rugpijn verminderd of verdwijnt.

Onze McKenzie therapeuten zijn:

Brigitte Smeets Bart Driessen Susan Janssen Loek Nijveld